Skip to main content
ArtikelenJuridisch

Lachgas een risicobeoordeling

Door 11 januari 2022Geen reacties

Handhavers, ondernemers en vrijwilligers van sportaccommodaties treffen ze nog regelmatig aan, lachgasampullen. Een doorn in het oog, want ze vervuilen de openbare ruimte. In december 2019 verscheen het Rapport Risicobeheersing lachgas. Een risicobeoordeling uitgevoerd door het Coördinatiepunt Assessment en Monitoring nieuwe drugs, op verzoek van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.

Conclusie, het recreatief gebruik van lachgas als roesmiddel kan een risico vormen voor de volksgezondheid. Om die reden wordt in het rapport gesteld dat het wenselijk is maatregelen te nemen die het gebruik voor dit doel ontmoedigen.

Inmiddels zijn wij twee jaar verder.

In het kort

Lachgas wordt recreatief gebruikt vanwege de milde geestverruimende effecten en de korte roes. Het middel is in Nederland vooralsnog op grote schaal verkrijgbaar omdat het als legaal product wordt verkocht, bijvoorbeeld als drijfgas voor slagroom.

Risico’s

In de risicobeoordeling wordt onderscheid gemaakt tussen de effecten op de individuele gezondheid en de volksgezondheid in het algemeen. Daarnaast is ook gekeken naar de effecten op de openbare orde en een eventuele relatie met de georganiseerde criminaliteit.  

Het risico op de gezondheid van een individu is gering bij beperkt gebruik. Slechts bij inname van grote hoeveelheden kunnen negatieve gezondheidseffecten optreden. Het is lastig aan te geven waar deze grens nu precies ligt. Hoofdpijn, duizeligheid en tintelingen zijn effecten die regelmatig optreden bij het gebruik van lachgas. De hoeveelheid lachgas dat gemiddeld wordt gebruikt levert een matig tot groot risico op. Dit zit ook in het feit van de onervarenheid onder de gebruikers en de jonge leeftijd.  

Ten aanzien van de openbare orde is het voornaamste risico het gebruik van lachgas in combinatie met deelname aan het verkeer. Uit politiecijfers blijkt dat de afgelopen 3 jaar bij 63 dodelijke ongevallen lachgasgebruik werd geconstateerd, net als bij 362 ongevallen met (ernstig) letsel. Hoewel het gebruik van lachgas vooralsnog legaal is, is het gebruik daarvan achter het stuur wel strafbaar omdat het de rijvaardigheid kan beïnvloeden. 

Het gebruik van lachgas werkt niet agressieverhogend en zal daarom op dat vlak niet leiden tot verstoring van de openbare orde. Vanwege het legale karakter van de handel in lachgas is de verwevenheid met de georganiseerde criminaliteit gering, hoewel de handel in lachgas wel lucratief kan zijn. 

Wet- en regelgeving

In afwachting van het landelijk verbod op recreatief gebruik heeft inmiddels ruim de helft van Nederlandse gemeenten een lokaal lachgasverbod ingevoerd via de Algemene Plaatselijke Verordening. De meeste gemeenten verbieden lachgasbezit dan wel het gebruik daarvan binnen een aantal aangewezen gebieden, bijvoorbeeld in een uitgaansgebied. Een alternatief is alleen een verbod in de gemeente indien er sprake is van overlast. Slechts een aantal gemeenten verbieden lachgasbezit in de gehele gemeente. Niet alleen het bezit of gebruik kan worden verboden, ook de verkoop van lachgas op straat kan worden verboden. Intussen werkt het ministerie van VWS samen met het ministerie van Justitie en Veiligheid aan een landelijk lachgasverbod door middel van een Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB). Onlangs werd bekend dat er geld beschikbaar is voor de handhaving van het landelijke lachgasverbod. Nu dit geld beschikbaar is, zal de AMvB een stap verder gebracht worden in het wetgevingsproces. Het streven is om het lachgasverbod medio 2022 in werking te laten treden.

Preventie

Op 14 september jl. organiseerde het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport in samenwerking met het Trimbos-instituut een bijeenkomst over welke mogelijkheden gemeenten hebben op het gebied van voorlichting omtrent lachgasgebruik. Want ook als er straks een landelijk verbod is, ligt er nog steeds een belangrijke taak voor gemeenten bij preventie van lachgasgebruik.

Zoals aangegeven heeft eigenlijk iedere gemeente wel te maken met lachgasgebruik, maar vanzelfsprekend verschilt de omvang van problematiek. Belangrijk is het dan ook om inzicht te krijgen in de omvang en je beleid en aanpak daarop aan te passen. Het zomaar uitrollen van een campagne kan ook uitnodigen tot nieuwsgierigheid. Er zijn diverse handreikingen die daarvoor gebruikt kunnen worden, zoals de handreiking Lachgas: van zorgen naar acties van het Trimbos Instituut.

Tot slot. Nu we nog moeten wachten op de wetswijziging is het aan de gemeenten. Hierbij zijn verschillende wegen te bewandelen. Van aanpassen van de lokale regelgeving en handhaven op gebruik en handel tot de preventieve activiteiten als het aanspreken van jongeren en voorlichten van ouders en jongeren over het risico van het gebruik van lachgas. Uiteraard passend bij de lokale situatie zullen alle gemeenten zich moeten inzetten tegen het lachgas gebruik.

Koen Jansen

Adviseur Veiligheid bij MB-ALL